Dick Schreuder moest het de afgelopen weken doen met een minder brede selectie, een aantal NEC’ers hadden interlandverplichtingen. Nu zijn alle spelers weer terug, de wedstrijd tegen Twente staat voor de deur, dus is het tijd voor de oefenmeester om zich voor te bereiden op de ploeg uit Enschede. Schreuder vertelde tegen ForzaNEC over de interlandperiode, Twente als voorbeeldfiguur en hij blikte vooruit op de wedstrijd van zaterdag. “Ik denk dat hij de spelers van Twente niet allemaal goed kent.”
Schreuder moest een aantal sterkhouders missen op de training door de interlandperiode. “Ja, ik heb genoten. We hebben goed kunnen trainen met de groep die er was. Ik heb heel veel jeugdspelers gezien. Ik heb ook genoten van de dagen dat ik niet op het veld stond, maar nog steeds druk met voetbal bezig was. Maar dat je dan toch nog iets meer tijd hebt voor andere dingen is wel fijn, al valt dat allemaal wel mee, hoor. Dus ik heb uiteindelijk wel genoten. Ik probeer elke dag te genieten van het leven.”
Een aantal jeugdspelers mocht meetrainen met de selectie. “Dat beviel me de vorige keer ook al. Voor mij is het niet nieuw, want ik doe dit wel vaker. We willen dat eigenlijk ook meer tijdens het seizoen gaan doen, ook als er competitie is. Zo bouw je een connectie op met die jongens. Ik vind het gewoon leuk om ze zelf te zien trainen in plaats van alleen op video. Een training zegt misschien wel meer. Je hebt interactie, je ziet hoe ze reageren op een hoger niveau, of ze aanhaken of nog wat tijd nodig hebben. Dat is mooi om te volgen, en ik vind het altijd leuk om te zien.” Hoe gaat het met de blessures bij NEC? “Goed eigenlijk. Alleen Jetro Willems is er nog niet bij, maar hij ligt goed op schema. De rest is fit. Alleen Philippe Sandler ontbreekt nog door zijn schorsing.”
Twente kende een slechte seizoenstart, maar sinds de komst van John van den Brom lijkt het allemaal weer goed te gaan. “Dat is jammer natuurlijk, je wilt altijd winnen, dus zij hebben daar een goed gevoel over. Maar Twente heeft gewoon een heel sterke ploeg. Ze hadden een mindere start, dat kan in een seizoen gebeuren. Wij hebben dat ook even gehad. Dat hoort erbij, soms zit het tegen met blessures of andere dingen. Nu hebben zij het weer goed voor elkaar.” Twente lijkt zich dus op tijd hersteld te hebben. “Wat ik ook al eerder zag, onder Joseph Oosting, is dat ze gewoon een hele goede ploeg hebben met een duidelijke speelstijl. Ze zijn daar gewoon mee doorgegaan, en het gaat nu weer de goede kant op. Dat laten ze de laatste weken ook zien.”
Kodai Sano vertelde dat hij NEC als favoriet ziet, Schreuder was het daar echter niet mee eens. “Ik denk dat hij de spelers van Twente niet allemaal goed kent, haha. Twente heeft de laatste jaren laten zien dat ze hoger eindigen dan NEC, dus ze hebben het goed voor elkaar. Qua structuur en organisatie zijn ze een voorbeeldclub, precies de richting waar wij als NEC naartoe willen. Dat is ook wat de club mij vertelde bij mijn komst: Twente is een voorbeeld van hoe je kunt groeien. Met jongens als Pröpper en Zerrouki hebben ze een sterke as, veel ervaring en een goede mix met jeugd. Wij zijn ook op de goede weg, maar zij staan op dit moment iets verder.” Sano zei ook dat hij in Twente een dynamische tegenstander ziet, Schreuder was het daarmee eens. “Ja, ik hoop dat het ook zo’n wedstrijd wordt. Dat ligt ons goed. Als een tegenstander probeert de wedstrijd dood te maken, hebben we het moeilijker. Maar als er tempo in zit en beide teams willen voetballen, komen wij beter tot ons recht. Dat maakt het spannend, maar dat is ook precies waarom we voetballen, om te winnen.”
Sano is inmiddels een onbetwiste basisspeler geworden voor NEC. “Hij is heel belangrijk voor ons. Hij begon sterk, maar had daarna een periode waarin het wat lastiger ging. Toen het team wat minder draaide, had hij het ook moeilijker. Deze interlandbreak is hij bij ons gebleven, dus ik ben benieuwd hoe hij er nu uitkomt. Na de vorige interlandperiode, toen hij terugkwam uit Japan, was hij wat minder fris. Nu heeft hij hier getraind, dus hopelijk zien we dat verschil terug.”
Foto: Rob Koppers