Jordy Bruijn is terug in Nederland. Zijn contract bij NEC werd niet verlengd en dus ging de middenvelder afgelopen transfervrij de deur uit. Een avontuur in Libanon wachtte op hem. Na de nodige ‘ups and downs’ bij Safa SC is Bruijn nu terug in de Eredivisie. Met Heracles Almelo neemt hij het komende zaterdag op tegen NEC. “We zullen elkaar de hand schudden of een knuffel geven, maar daarna zijn we negentig minuten elkaars vijand.”
Libanon. Voor veel NEC-fans een aparte keuze van Bruijn om zijn carrière te vervolgen. Afgelopen zomer kon hij namelijk ook al bij Heracles tekenen. Daar koos hij toen niet voor. “‘Ik heb het toen eerlijk gezegd niet eens overwogen. Mijn ogen waren gericht op het buitenland. Mijn vriendin en ik wilden heel graag een mooi avontuur aangaan met z’n tweeën. Het moest een echte levenservaring worden op een plek waar we ook een fijn leven konden hebben”, zo vertelt de 27-jarige middenvelder aan Voetbal International.
Oorlog
Mede door de nabijgelegen oorlog valt dit plan van de familie Bruijn in het water. Eerst waren er wat communicatieproblemen tussen hem en de club, later kwam de oorlog wel erg dichtbij. “Toen de eerste helft van de competitie erop zat en we de topzes hadden gehaald, kregen twee Duitse spelers en ik plots te horen dat de club van ons af wilde. We drukten volgens de club te erg op de begroting. Aangezien de doelstelling was gehaald, moesten we weg. Toen had ik het juist weer naar mijn zin. Ik merkte niks van de oorlog en vanuit de overheid kreeg ik ook geen verkeerde signalen. Ik was eigenlijk niet van plan om te vertrekken.”
Toen het nieuwe jaar net begonnen was, ging het echter mis. In Beiroet, de hoofdstad van Libanon en de stad waar Safa SC speelt, worden drie Hamas-leiders gedood. “Ja, toen was het voor mij wel klaar.” Johan Kappelhof, een andere Nederlander die met Bruijn bij de club speelde, had minder geluk. “Hij was de enige van de vier buitenlandse spelers die moest blijven. Johan kwam er niet uit met de club, dus zijn situatie is nog steeds hetzelfde. Het is een vervelende situatie voor hem.”
Terug naar Nijmegen
Nu is Bruijn terug en dat bij Heracles. Met de Almeloërs speelt hij aankomende zaterdag in Nijmegen. Een mooi weerzien voor de middenvelder, die een grote uitblinker ziet bij NEC: Philippe Sandler. “Hij is ‘by far’ de belangrijkste speler van dit NEC. Philippe is echt van een ander niveau. Heel goed. In het begin van het seizoen was hij er een paar wedstrijden niet en liep het meteen een stuk minder. Hij moet vooral fit blijven. De afgelopen weken is dat gelukt en dan zie je hoe goed hij is. Ik weet zeker dat hij een hoger niveau aankan. Als je ziet hoe sterk en snel hij is en hoe goed hij als verdediger kan dribbelen, dan is hij bijvoorbeeld voor Ajax direct een meerwaarde. Ik weet zeker dat Ajax met hem erbij vanaf minuut één beter gaat voetballen. En ik mag het eigenlijk niet zeggen, maar ik denk dat Philippe echt nog het Nederlands elftal kan halen als hij fit blijft en laat zien wat hij nu doet. Als hij het komende half jaar blijft presteren, hoop ik dat hij een mooie stap kan maken.”
Terug in De Goffert. De plek waar na de winst op NAC een groot promotiefeest werd gevierd. Voor velen kwam de winst van de play-offs als een verrassing, maar voor Bruijn was dat niet zo. “Niemand verwachtte iets van ons toen we aan de play-offs begonnen, maar wij wisten toen al dat we gingen promoveren. Zeker na de eerste wedstrijd tegen Almere City FC. Het feest na de promotie, voor het stadion, dat was heel mooi om mee te maken. In de jaren daarna zat De Goffert iedere week vol en werden we in iedere uitwedstrijd gesteund door een vol uitvak. Dat vond ik heel bijzonder.”
Vervelend vertrek
Toch vertrok Bruijn door de achterdeur bij NEC. Zijn contract werd niet verlengd en hij zat vaak op de bank in zijn laatste maanden bij de club. “Ik weet niet of ik anders wel was gebleven, maar ik hield er geen fijn gevoel aan over. Ik heb een belangrijke bijdrage geleverd voor de club en ben zelfs een tijdje aanvoerder geweest. De manier waarop ik vertrok baalde ik wel een beetje van.Maar goed, uiteindelijk is dat ook de voetballerij. Voor mij was blijven zeker een optie.”
Tekst gaat verder onder de afbeelding.

Wat dat betreft zag Bruijn ook wel een patroon bij de Nijmeegse club, waar ook Rens van Eijden, Edgar Barreto en Mattijs Branderhorst vertrokken. “Ook zij hebben een bijdrage geleverde aan hetgeen waar de club nu staat. Dan vind ik dat er wel heel makkelijk afscheid wordt genomen van elkaar. Voor mij geldt dat overigens nog veel minder dan bij Edgar of Rens. Zij zijn echt heel belangrijk geweest en ik denk ook dat we hen in het seizoen daarna misten. Maar goed, ik weet er het fijne niet van en ik weet ook dat het zo werkt, dus ik koester verder geen wrok richting NEC. Ik heb daar een heel mooie periode gehad en NEC is een heel mooie club. Op dit moment doen ze het heel goed, maar ik denk wel dat we van ze kunnen winnen. Ik kijk nog bijna iedere wedstrijd. Deed ik in Libanon ook. Dan kon ik tenminste binnen zitten bij de airco, haha.”
Oude bekenden
In Nijmegen komt hij een hoop oude bekenden tegen. Zo heeft Bruijn nog altijd veel contact met Sandler, Calvin Verdonk en teammanager Muslu Nalbantaglu. Met trainer Rogier Meijer sprak hij sinds zijn vertrek niet meer, maar er zijn geen problemen tussen de twee. “Er zijn veel periodes in mijn NEC-tijd geweest waarin hij op de schopstoel leek te zitten. Rogier heeft veel vertrouwen gekregen vanuit de club en dat heeft rust met zich meegebracht. Het helpt veel als een trainer zich gewoon op het voetbal kan richten.”
“We zullen elkaar de hand schudden of een knuffel geven, maar daarna zijn we negentig minuten elkaars vijand. Naderhand is waarschijnlijk een van ons blij en de ander niet”, sluit Bruijn af.
Foto’s: Orange Pictures en Rob Koppers
					
			


