Zondag is het dan eindelijk zover: dé derby. Voor de meeste NEC-supporters dé wedstrijd van het jaar. Sta jij al te popelen? ForzaNEC zet op een rij hoe jouw derbyzondag goed op gang kan komen.
De poorten van het Goffertstadion openen zoals altijd een uur voor aanvang van de wedstrijd. Een half uur eerder gaan de grote poorten aan de bovenkant open: vanaf dat moment vloeit het bier in Supportershome De Schup. Een DJ zorgt vooraf, en trouwens ook na afloop, voor de muzikale omlijsting. Is 10:45 je niet vroeg genoeg? Dan kan je terecht in verschillende kroegen. Café Piet Huisman aan de Sint Jacobslaan bijvoorbeeld opent haar deuren al om 9:00. Voor een echt derby-ontbijt kan je terecht bij Café de Derde Kamer op de Grote Markt.
Podcasts
Moet je om 9:00 echt nog niet denken aan een biertje? Je kan ook rustig wakker worden met de derby-special van de Jarda Podcast. Wilco van Schaik en Bram Nuytinck zijn daarin de speciale gasten. Al gehoord? De podcast ‘De nummer 1 van Gelderland’ van Thomas Hogeling en Marcel van Roosmalen is een heerlijke aanvulling. Bij Goedemorgen Eredivisie van ESPN is ook voldoende aandacht voor de burenruzie.
Hoe je de vroege uurtjes ook doorbrengt: om 11:50 zal Ronnie Ruysdael zijn stem laten klinken in De Goffert. Wil je zijn lekkerste meezingers ‘Nijmegen’ en ‘Roos in je blonde haren’ niet missen? Zorg dat je op tijd op je plaats zit! Dan weet je ook zeker dat je niets mist van de sfeervolle spelersopkomst met vuurwerk en 12.000 rood-groen-zwarte vlaggen.
Geen kaart
Geen kaartje kunnen bemachtigen voor deze wedstrijd? Niet gek, want binnen enkele minuten waren de 1000 losse kaarten verkocht. Daar wilden zo’n 10.000 fans er een van hebben. Je kan de wedstrijd dan thuis kijken op ESPN 2. Liever toch een beetje derbysfeer meeproeven? In De Schup staat de wedstrijd zoals altijd aan op de televisie-schermen en ook in Café Piet Huisman wordt het grote scherm naar beneden gehaald.
In het kort:
10:45 De Schup / De Eendracht open
11:15 Stadion open
11:50 Optreden Ronnie Ruysdael
12:15 Aftrap derby

Foto: Rob Koppers