Lucas Woudenberg kwam vanmiddag in actie tegen Feyenoord, de club waarvoor hij dit seizoen op huurbasis uitkomt voor NEC. De linksback liet een prima indruk achter op zijn club en gaf ze met 3-1 op hun donder. Aan de drie kostbare punten die Feyenoord hierdoor mist, denkt Woudenberg niet.

Trainer Ernst Faber heeft in de voorbereiding waarschijnlijk goed geluisterd naar Woudenberg. "Ik weet natuurlijk hoe Feyenoord speelt. We hebben uit de videoanalyse dus goed gekeken naar ze. Maar uiteindelijk gaat het toch om de uitvoering. Je kan zien dat we het Feyenoord met passie en strijd erg lastig kunnen maken. We komen ongelukkig op achterstand, maar daarvoor had ik al het gevoel dat we goed in de wedstrijd zaten, hoewel we niet echt tot kansen kwamen. In de rust zeiden we tegen elkaar dat we gewoon zo moesten blijven doordrukken."

Toch is het vreemd dat Feyenoord verslagen wordt, maar Cambuur Leeuwarden of HHC Hardenberg niet. "Als we als team fungeren, kunnen we hoge ogen gooien. Dat hebben we in de vorige twee wedstrijden niet gedaan, maar vandaag kon je zien waartoe we in staat zijn. Het was een fantastische eerste seizoenshelft, waarin ik me vol heb kunnen ontwikkelen en daar ben ik blij mee. En dan ook nog een zesde plek, dus het resultaat is geweldig."

Feyenoord is natuurlijk nog steeds de club van Woudenberg, maar op dit moment overheerst de blijdschap. "Ik speel nu bij NEC dus het maakt niet uit tegen wie we spelen, we willen gewoon winnen. Ik hoop nog steeds dat Feyenoord kampioen wordt, want het is wel mijn ploeg. Maar als je bij NEC speelt moet je de knop omzetten", aldus Woudenberg, die nog niet weet wat zijn toekomst wordt bij Feyenoord. "Ik ben daar nu niet mee bezig, eerst wil ik een goede tweede seizoenshelft bij NEC."

Als kers op de taart kreeg Woudenberg in blessuretijd ook nog een publiekswissel, om vervangen te worden door clubman Jeffrey Leiwakabessy. Het hele Goffertstadion stond op om te klappen voor Woudenberg. "Het is natuurlijk altijd genieten als mensen positief over je zijn. Dat geeft natuurlijk een fantastisch gevoel."
Foto: Rob Koppers