NEC-speler Björn Vleminckx kende vorig seizoen een moeilijk debuutjaar. De Belgische aanvaller was in 32 eredivisiewedstrijden goed voor slechts acht doelpunten en kreeg de nodige kritiek te verwerken. Deze jaargang staat de teller van de voetballer mede door de aanwezigheid van de spitsentrainers Jack de Gier en Patrick Kluivert na zeven duels al op de helft van die productie.
"In de voorbereiding ging De Gier met mij aan de slag, sinds een paar weken ook Kluivert. Mooi meegenomen. Het klinkt misschien grappig, maar ik krijg gratis voetballes. Tijdens wedstrijdjes op de training zijn ze voortdurend met de drie aanvallers bezig. De Gier aan de ene kant van het veld, Kluivert aan de andere kant", vertelt de 24-jarige Belg aan Sport/Voetbalmagazine.
"Als die gasten iets zeggen, moet je knikken. Ze hebben altijd gelijk. Als ik naar hun palmares kijk, naar het aantal doelpunten, zal ik heel gelukkig zijn als ik zo’n carrière kan maken. Zal ik door hun goede raad sneller stappen maken? Moeilijk te zeggen. Maar als ik hun tips opsla, kunnen ze op termijn een automatisme worden”, vervolgt Vleminckx, wiens spel niet door iedereen altijd werd gewaardeerd.
"Ik heb mijn hoofd nooit laten hangen. Kritiek maakt me sterk. Ik ben in Mechelen ook afgemaakt, uitgefloten zelfs, maar vocht altijd terug. Verwachten de supporters hier een ander type spits? Ze willen vooral een aanvaller zien die scoort. Ik heb de verwachtingen nog niet helemaal ingelost, maar de technische staf weet heel goed wat ik kan.”