Zaterdag 22 april 2017.
Matchday. We mogen weer. Maar dat gevoel van mogen is helaas overgegaan in moeten. Een week na de zoveelste kansloze nederlaag, ditmaal in Enschede tegen de plaatselijke FC. Zaterdagochtend. Ik weet niet hoe het kan, maar het gevoel van totale onmacht van een week eerder, slaat toch een beetje om naar hoop. Misschien wel tegen beter weten in. Een thuiswedstrijd tegen Excelsior. Daarin gaat het gebeuren. Je bent er zeker van, al heeft het gevoel je de laatste tijd al meerdere malen in de steek gelaten. Al om vijf voor twaalf melden de eerste supporters zich rondom het stadion om de spelers en trainer voor het laatst een hart onder de riem te steken. Iedereen is weer opgepept. Er heerst zowaar geloof, vertrouwen. Vandaag gaan we er iets van maken.
Maar niets bleek minder waar. Een wederom, en dit keer ook nog eens een letterlijke, kansloze nederlaag. Nul kansen… nul. Het is niet om aan te gluren. Naarmate de wedstrijd vordert wordt het spel ook steeds bedroevender. Maar wij zijn NEC. De supporters. Wij geven niet op. Nu niet, nooit niet. Massaal gaan we er dus nog maar eens achter staan. Met dik 12.000 man sterk. Wetende dat je nooit meer gaat winnen, gezien de 0-1 achterstand en het feit dat we zelf niet kunnen scoren.
Maar tegen zoveel onkunde kun je niet meer juichen. Je krijgt flashbacks naar het degradatiejaar. Dit gaat niet meer goed komen. Ik kijk naar het scorebord. Nog een kleine 10 minuten. Langzaam zie je mensen het stadion verlaten. Maar ik niet. Ik kan dat niet. Je hoopt nog op een wonder, zoals bij Barcelona – Paris Saint-Germain. Al weet je dat het hier nooit zal gebeuren. Normaal snap ik het ook niet echt, weglopen terwijl de wedstrijd nog bezig is. Maar dit keer kon ik het oprecht begrijpen. Er viel niet meer naar te kijken.
In mijn hoofd kwamen de oneliners van Hyballa alweer voorbij. "Steun deze jongens nog even. Blijf erachter staan. We zijn nog niet dood." Het is lang geleden dat een trainer zoveel krediet had bij mij, als Peter Hyballa. Ik denk echt dat hij zijn eigen leven zal geven om onze club te redden, en dat siert hem. Eigenlijk heb ik wel een beetje met hem te doen. Het spelersmateriaal is gewoon van Jupiler League-niveau en het is dan ook een godswonder dat we er niet rechtstreeks uitvliegen.
Ik weet dat hij natuurlijk ook fouten gemaakt heeft. Van enige lijnen, houvast of tactieken is geen sprake. En dat mag je hem ook verwijten. Maar ik vraag me hardop af met welke trainer je hoger had gestaan.
Maar goed, er zijn nog twee wedstrijden te spelen. Volgende week mogen we een weekend rusten. Even geen NEC, dus daardoor wordt je weekend in ieder geval niet verziekt. Daarna sluiten we het seizoen af met een thuiswedstrijd tegen AZ en een uitwedstrijd tegen sc Heerenveen. Hoe wij tegen deze clubs een resultaat kunnen behalen? Ik heb geen idee. Echt niet. En dat doet oprecht zeer.
Desondanks vraag ik, net als onze trainer, aan mijn medesupporters om nog een paar keer alles te geven. Zowel tegen AZ, Heerenveen en in de vrijwel onvermijdelijke nacompetitie. Want supporters maken de club. En als wij ons erbij neerleggen, dan is de club wél ten doden opgeschreven.
We hoeven niet trots te zijn op onze spelers, we hoeven niet trots te zijn op onze trainer, maar we zullen altijd trots zijn op ons cluppie, NEC! Want wij zij NEC. Dat was zo, dat is zo, en dat zal altijd zo blijven.
Jasper
Dat het bestaan van een NEC-supporter niet over rozen gaat, hoef ik velen hier niet te vertellen. Veelal teleurstellingen met een enkele vorm van duister licht aan de horizon. In principe niemand die daar over klaagt, niemand die daar raar van op kijkt.
Maar nu, anno 2017, wordt er wel heel veel gevraagd van deze brede vorm van begrip die zich NEC-supporter laat noemen. Bedrog, teleurstelling, illusies, leugens, onduidelijkheiden, elkaar de boeman toespelen… Het is helaas de dagelijkse realiteit geworden. Iedereen binnen de club vergeet te communiceren, vergeet zijn – of haar – verantwoordelijkheid te nemen en vergeet voor het belangrijkste, de supporter.
De supporter die na de degradatie massaal zijn seizoenskaart verlengde om zijn club in barre tijden te steunen. Mooie verhalen kwamen er met kreten als ‘alleen nog maar jongens die voor deze club staan’ en ‘Nederlands moet weer de boventoon voeren’ met ‘jongens uit Nederland’. Nou, verantwoordelijken, goed geslaagd, niet?
Een selectie waarbinnen Nederlands niet de voertaal is, jongens die geen binding hebben met club en regio, geen spelers waarmee het publiek zich kan associeren en bovenal; een vreemdelingenlegioen zonder kwaliteit. Hoe kan het toch zo zijn dat er zo veel kennis is (althans, naar dat het schijnt) en dat NEC zo graag een volksclub wil zijn, dat in de basis deze twee waarden al verkwanseld worden?
Niemand neemt zijn of haar verantwoordelijkheid, niemand is transparant naar de supporters toe en niemand, maar dan ook niemand, geeft de duidelijkheid waardoor we uiteindelijk eens niet boos hoeven zijn maar onze club echt onvoorwaardelijk kunnen steunen! Dit verdient NEC niet. Laat ons weer trots zijn op deze club, en laat passanten deze club niet verzieken.
Paul