NEC-doelman Robin Roefs speelde donderdagavond voor het eerst in bijna een jaar tijd weer eens een wedstrijd. De goalie speelde door corona sinds oktober geen wedstrijd meer met de O21 en dus was hij blij met de kans die hij donderdag kreeg van trainer Rogier Meijer. “Het klinkt raar, maar ik ben echt kapot. Ondanks dat ik niks te doen had”, lachte Roefs na afloop.

Het was sowieso pas zijn tweede wedstrijd voor het eerste van NEC. “In januari 2020 speelden we al met de reserves een oefenwedstrijd tegen FC Den Bosch (0-5, red.). Maar ik heb er enorm van genoten.” En dat ondanks dat de goalie amper iets te doen had. “Het is lastig in dit soort wedstrijden. Je probeert scherp te blijven en je aandeel te hebben in de coaching. Maar volgens mij hadden ze dat niet zo nodig. We hebben het goed gedaan.”

Al is Roefs wel kritisch op zichzelf. Hoewel hij na een half uur spelen een strafschop stopte, had hij die rebound nooit weg mogen geven. “Normaal zijn penalties wel een van mijn specialiteiten. Hij schiet hem eigenlijk zo matig in dat ik al te ver ben gedoken waardoor het me niet lukt om de bal weg te stompen.” Daarom tikte Roefs de bal juist terug richting de doelmond en daar waren de amateurs eerder bij de bal. “Het was dezelfde speler die de penalty nam, dus ik kan mijn ploeggenoten niet verwijten dat zij niet eerder bij de bal waren”, klinkt Roefs zelfkritisch.

Zijn doel voor komend seizoen? Ervaring opdoen. “Ik zit komend seizoen bij de selectie en ik wil er het maximale uit gaan halen. Maar ik ben ook realistisch: er staan nog twee hele goede keepers onder contract. Ik hoop dat als ik derde keeper word ik in ieder geval veel bij de selectie mag trainen en dan op zaterdag mijn wedstrijden bij de O21 mag spelen.” Dat hij tegen de amateurs 90 minuten volmaakte, zegt niks volgens Roefs. “Ik heb verder geen idee. Iedere minuut die ik speel ben ik dankbaar voor.”

Foto’s: Rob Koppers