De laatste jaren heeft NEC aardig wat eigen jeugd naar de eerste selectie gebracht. Niet iedereen was even succesvol, maar jongens als Dirk Proper, Cas Odenthal en Bart van Rooij zijn goede voorbeelden. De laatste doelman die als jeugdspeler doorbrak bij NEC was Jasper Cillessen. Andere keepers als Just van de Vondevoort, Alessio Budel en Stan Bijl redden het helaas niet, maar voor Robin Roefs ziet de toekomst er rooskleuriger uit. Zou de jonge Brabander de vervanger van Mattijs Branderhorst kunnen worden?
Geboren en getogen in Heeswijk-Dinther en vanzelfsprekend ook daar begonnen met voetballen als klein jochie bij vv Heeswijk. Roefs begon niet meteen als keeper. “Ik voetbalde in het begin altijd, maar later ben ik er ook bij gaan keepen, voor het afwisselen. De ene week voetballen, de andere week keepen. In het laatste jaar van de E-jeugd ben ik vast gaan keepen en heeft NEC mij meteen opgepikt. Via die weg kwam ik rond mijn elfde of twaalfde hier vast bij NEC.” In het begin had de goalie het lastig om te kunnen aarden in Nijmegen.
“Het was erg wennen, vooral het op en neer reizen in die tijd. In het eerste seizoen was ik vooral wisselkeeper in de D-jeugd en deed ik vooral met de E-top mee om toch te kunnen spelen. Gelukkig ging het daarna steeds beter en beter. In de B-jeugd (wat nu het O17-team is), kwam ik ook bij het Nederlands elftal en mocht ik mee naar Portugal. Natuurlijk is het niet alleen maar bergopwaarts gegaan, maar qua prestaties heb ik een duidelijke stijgende lijn ontwikkelt.”
“De club weet wat ze aan me hebben”
Roefs heeft geen andere club gekend dan NEC in zijn nog prille carrière, maar zijn definitie van NEC is simpel. “Een volksclub, zeker. Ik denk dat als je NEC tegen een grotere club zet, NEC je veel meer een familiegevoel kan geven. Maar buiten dat is NEC ook wel een club die de jeugd de kans gaat geven. Kijk naar Bart van Rooij en Dirk Proper. Ik vergeet er nog een paar, maar het zijn er een hele hoop!” Roefs tekende begin vorig jaar een nieuw contract bij NEC wat hem aan de Nijmeegse club verbindt tot medio 2024. “De club weet wat ze aan me hebben, ik weet wat ik aan NEC heb, ze geven me kansen in de zin van vol meetrainen met het eerste, ga zo maar door. Ik zou niet willen zeggen dat ik een andere club niet aan had gekund, maar als ik leeftijdsgenoten van grotere clubs zie, heb je het hier denk ik wel wat beter.”
De afgelopen twee seizoenen is het snel gegaan voor de pas 19-jarige doelman. In het seizoen 2019/2020 zat Roefs nog bij het O17-team van toenmalig trainer Jord Roos, maar werd hij halverwege overgeheveld naar het O19-team van Mark Otten. Niet veel later mocht Roefs ook voor het eerst mee op trainingskamp met de eerste selectie. Lang kon daar niet van genoten worden aangezien de regering in maart 2020 de stekker uit het voetbal trok vanwege de coronamaatregelen in Nederland.
Anderhalf seizoen later is Roefs derde doelman van de A-selectie. “Als keeper is het inderdaad wat minder gebruikelijk om op jongere leeftijd bij de eerste selectie te komen. Het is wat dat betreft snel gegaan, maar ik denk ook dat wil ik hier uiteindelijk speelminuten maken, ik me zeker nog moet ontwikkelen.”
“Ik me zeker nog moet ontwikkelen”
Zijn lengte (1,93m), een prima trap met de linkervoet en het meevoetballen zijn naar eigen zeggen de sterkste punten van Roefs. Geen verbeterpuntjes dan? “Het coachen en de samenwerking met de verdedigers, balvastheid en kleine foutjes die eruit moeten, dat zijn punten die beter kunnen.” In de samenwerking met Vukovic en Branderhorst ziet Roefs ook al gauw waar het bij hem beter kan. “Hoge ballen is ook wel een sterk punt van mezelf, maar als ik Mattijs zie… Die domineert gewoon in de lucht.”
“Zijn coaching is ook een dingetje van hemzelf, waar het bij mij beter kan. Zijn stabiliteit is ook een positief dingetje. Danny is natuurlijk iemand met heel veel ervaring. Zijn balvastheid is echt een sterk punt van hem. Met zijn ervaring kan hij ook wat makkelijker keuzes maken. Ik kan nog heel veel van ze leren!”
Roefs heeft al verschillende keeperstrainers meegemaakt, zoals Gabor Babos, Wilfried Brookhuis en zoals dit seizoen Marco van Duin. Het verschil tussen het trainen in de jeugd en de eerste selectie is zeker aanwezig volgens de doelman. “In de jeugd is het vooral het technische vlak waarop gehamerd wordt, bij de selectie is het ervaren van wedstrijdsituaties. Natuurlijk is de techniek ook belangrijk bij de selectie, maar daar is het vooral het zien van wedstrijdsituaties. In de jeugd is het andersom.”
Ondanks dat Jasper Cillessen 21 jaar was bij zijn debuut voor NEC, ging dat wel in een keer goed. Bij de toenmalige blessure van Gabor Babos moest de geboren Nijmegenaar in een keer opstaan en presteren. Het debuut van Cillessen was een prima wedstrijd, ondanks een gelijkspel met twee tegendoelpunten tegen sc Heerenveen (2-2). Roefs ziet dat voor hemzelf nog niet zo gauw gebeuren, maar hoopt er wel op. “Natuurlijk zou het mooi zijn als het een keer gebeurt, maar ik reken er niet op. Cillessen is op sommige punten wel een voorbeeld. Hij moest er ineens staan en greep die kans met beide handen aan. Ook gezien zijn loopbaan zou ik daarvoor tekenen. Absoluut”, sluit Roefs vastberaden af.
Dit interview is eerder verschenen in De Goffertkreet, clubmagazine van Supportersvereniging NEC.
Foto’s Rob Koppers.