Niet alleen Édgar Barreto en Rens van Eijden nemen zondag na afloop van NEC-Fortuna Sittard afscheid, ook voor Jonathan Okita kan er een einde komen aan een lang dienstverband in Nijmegen. De 25-jarige aanvaller ziet zijn contract na vier seizoenen aflopen, maar heeft goede hoop op een mooi seizoenstoetje. “Het is aan ons, we moeten voor de winst gaan.”

Geen gelijkspel. Okita wil niet afhankelijk zijn van de andere velden. Want als NEC een punt pakt, kan het zomaar nog twee plekken zakken op de ranglijst. Het zou een kleine teleurstelling zijn op een toch al mooi seizoen. “We moeten vooruit gaan voetballen, we moeten ze vanaf de eerste minuut beetpakken”, is Okita vastberaden. “Voor hun is het ook een heel spannend duel, alleen wel op een hele andere manier.”

Zorgen

Fortuna kan namelijk direct degraderen bij een nederlaag en met een puntje zijn ze waarschijnlijk ook niet veilig. “We moeten profiteren van de zorgen die zij hebben.” Die zorgen hebben ze mede door Okita, die in Sittard bij de heenwedstrijd dit seizoen extreem belangrijk was met een goal en twee assists. Het werd uiteindelijk 1-3 voor de Nijmegenaren. Afgelopen woensdag was Okita ook belangrijk voor zijn ploeg.

Vanaf de stip schoot hij de 3-2 binnen, een doelpunt dat zomaar cruciaal kan blijken voor een plek in de play-offs. Het doelsaldo is namelijk +2 in het voordeel van de Nijmegenaren en bij een gelijk doelsaldo trekt NEC aan het langste eind gezien het meer doelpunten vóór heeft dan SC Heerenveen. “Jordy (Bruijn, red.) is nummer 1 op het strafschoppenlijstje, maar hij was gewisseld. Dan is het aan mij. Ik neem mijn verantwoordelijkheid en ik schoot hem goed binnen. Het gaf ons een goed gevoel.”

Contract

Iedereen in Nijmegen lijkt zich al te hebben neergelegd bij een transfervrij vertrek van de Congolees international, maar volgens hemzelf liggen alle opties nog altijd open. “Ik kan er nog steeds weinig over zeggen. De focus ligt nu op zondag, daarna hopelijk op de play-offs. En vakantie? Daar ben ik natuurlijk nog niet mee bezig”, zegt Okita desgevraagd.

Foto’s: Rob Koppers / Orange Pictures