Dinsdagavond speelde NEC de tweede oefenwedstrijd van de voorbereiding op het nieuwe seizoen. Cas Odenthal speelde 75 minuten en liet zich gelden met een belangrijk aandeel in de openingstreffer van Thomas Beekman. De 19-jarige centrumverdediger wil komend seizoen revanche nemen op het teleurstellende afgelopen jaar. 

Hij startte in de basis omdat Kevin Bukusu vanwege lichte klachten aan de kant moest blijven. "We hadden afgesproken dat ik meer dan een helft zou spelen. 75 minuten was pittig, maar lekker." Tien minuten voordat hij naar de kant werd gehaald, brak Thomas Beekman de wedstrijd open. "Terry (Sanniez, red.) zette een goede loopactie in en ik speelde de bal in, waarna Thomas hem goed binnen tikte."

Het brak de wedstrijd ook echt open. "We hadden het moeilijk. De Treffers zakte erg ver terug en maakte er een fysieke strijd van. Wij gingen daarin mee, daardoor ging het fout, met name in het eerste half uur. Daarna kregen we in ieder geval controle." Kansen kreeg de ploeg van Rogier Meijer echter nog niet. "Dat kwam pas na een uur, toen kregen we vers bloed waardoor we een stuk energieker voetbalden."

NEC is weer 1,5 week in training en de start van de competitie nadert. "We trainen hard, daar houd ik wel van. De zes ‘voetballoze Corona-weken’ hebben we inmiddels er wel uit getraind, we worden steeds fitter." Odenthal is dan ook tevreden tot dusver. "Ik ben van plan om komend seizoen een basisplaats te veroveren", klinkt hij vastberaden.

Met Kevin Bukusu en Rens van Eijden is de concurrentie niet mals. "Ik ben niet bang voor ze, ik kan er alleen maar van leren. Je kunt wel groot en sterk zijn, maar het gaat ook om voetballende kwaliteiten." Afgelopen seizoen kwam Odenthal niet verder dan zes optredens. "De eerste vijf wedstrijden stond ik in de basis, dat ging op zich prima. Toen kwam FC Den Bosch (2-2, red.) uit, dat was minder. Maar goed, toen waren er wel meer jongens ondermaats. Ik heb mezelf tot nu toe wel laten zien. Van het weekend een goal tegen Galancticos, vandaag een voorassist en een kopbal op de lat. Ik ga ervoor."

Foto: Rob Koppers