NEC heeft zichzelf een slechte dienst bewezen door in eigen Goffert met 2-0 te verliezen van Heracles Almelo. De Nijmegenaren speelden onthutsend zwak en zagen de ploeg uit Almelo al in de eerste helft twee keer scoren. De ploeg kon het tij in de tweede helft niet meer keren en zelfs een penalty was niet aan Youssef El-Akchaoui besteed.

Zondagmiddag om half vijf begon het duel NEC – Heracles Almelo. Het tijdstip is nog even wennen, maar dat gold niet alleen voor de ruim twaalfduizend bezoekers in De Goffert. De verdediging van NEC keek de eerste helft apathisch toe hoe Heracles makkelijk combinerend hen in de luren legde. Eerst was het Everton die vrij mocht inkoppen op een voorzet van Darl Douglas en vervolgens kon Bas Dost vrij doorlopen en speelde simpel Gabor Babos uit. Met een 0-2 tussenstand op het scorebord mocht het team van Dwight Lodeweges nog blij zijn. De score had al hoger kunnen oplopen als Heracles beter met de kansen was omgegaan, al hadden ze de pech dat de paal twee keer in de weg stond.

De rust had NEC uiteindelijk weinig goed gedaan. De Nijmegenaren probeerden wel, maar konden nauwelijks gevaarlijk worden. Het middenveld werd elke keer overgeslagen en met de lange ballen konden ze de Almelose defensie nauwelijks verontrusten. De ploeg van Lodeweges mocht zelfs van geluk spreken dat de derde goal van Dost werd afgekeurd vanwege buitenspel. NEC had zelf de grootste kans om de aansluitingstreffer te scoren. Bjorn Vleminckx werd diep gestuurd en kon alleen nog onreglementair worden gestopt door Olivier ter Horst, die direct rood zag. De penalty die daarop volgde was tekenend voor de wedstrijd. El-Akchaoui ging achter de bal staan, maar raakte de paal en Vleminckx wist de rebound ook niet te verzilveren. Patrick Pothuizen, die in de eerste helft Rutger Worm had vervangen, en Ramon Zomer werden nog mee naar voren gestuurd, maar dit leverde verder niets meer op en in plaats van de aansluiting met de subtop, ziet de ploeg uit Nijmegen nu Heracles Almelo drie punten uitlopen.
Foto’s: Pro Shots

Klik hier voor de foto’s van Rob Koppers