Rogier Meijer zag zijn ploeg donderdagavond gelijkspelen tegen AZ. Dankzij een geweldige Iván Márquez en Jasper Cillessen konden de Nijmegenaren ondanks matig spel toch een punt meenemen uit Alkmaar.

”Natuurlijk mogen we onze handjes dichtknijpen met een punt denk ik”, begint Meijer tegenover ESPN. “Vorig jaar gaven we het in de laatste minuut weg hier en nu spelen we hem gelijk (NEC speelde met 1-1 gelijk, red.). Zeker het laatste half uur is overleven geweest.”

Een van de weinige keren dat NEC over de middenlijn kwam werd er gescoord. ”Het was uitstekend ingestudeerd en je moet hem ook zo binnenkoppen. Ik denk dat we niet aanvallend heel veel in de melk te brokkelen hadden de tweede helft. Dan is het overleven.”

Sterkhouders achterin

De credits gaan vooral naar Iván Márquez en Jasper Cillessen. ”Ik vond dat de andere centrale verdediger, Joris Kramer, ook uitstekend spelen. Het is ook wel het werk wat hen ligt, rondom de zestien, veel duelleren en voorzetten verdedigen. Alleen als je een punt wil halen zul je hard moeten werken en dat ook moeten doen. Dat hebben ze (centrale verdedigers, red.) goed gedaan.”

De nieuwe spits Nany Landry Dimata oogt snel. ”Ik denk dat het ondankbaar was voor hem om in te vallen. Hij moest in principe alleen aflopen in het verdedigen en af en toe achter een lange bal aan sprinten. Je ziet direct dat hij ons wat meer diepte geeft in het spel. Dat gaan we uitbreiden. Die jongen heeft een tijd niet gespeeld, maar het is wel lekker om hem erbij te hebben.”

”Uiteindelijk geeft het wel voldoening dat je met hard werken, ondanks dat het niet het leukste voetbal was om naar te kijken, een punt pakt. Dan is het wel een prettig vak, omdat je met elkaar iets bewerkstelligt”, sluit de oefenmeester af.

Foto: Orange Pictures