Ron de Groot zit zaterdag nog eenmaal op de bank bij NEC. Het 65-jarige clubicoon kijkt er enorm naar uit om spelers uit alle jaren weer in De Goffert te verwelkomen. “Ondanks dat ik nuchter ben, is dit wel een eer.”

Een tijd geleden klopte de club aan bij De Groot. “Ze kwamen bij mij en vertelden dat plan. Toen vroegen ze mij of ik coach wilde zijn van een van de elftallen. ‘Dat is goed’, zei ik. En dan ook nog tegen Mario (Been, red.). Ik krijg vanuit elke leeftijdscategorie spelers: ouderen, jongeren en in de staf jongens als Frans (Janssen, red.) en Rogier (Meijer, red.). Dat is leuk en mooi, echt genieten. Het enige dat ik jammer vind, is dat de echte ouderen als Sije Visser en Jan Peters, dat die fysiek niet meer mee kunnen doen. Dat was echt het allermooiste geweest. Ik ben 65 en ik voetbal af en toe nog weleens, maar hen lukt dat niet meer.”

De meeste namen die hij zaterdag terugziet, kwam hij ook na de gezamenlijke periode in Nijmegen weleens tegen. “Ik had eigenlijk met iedereen wel een redelijke klik moet ik zeggen, als medespelers en als trainer. De rest van de spelers ken ik vrij goed, alleen de een beter dan de ander. Het is vooral mooi dat iedereen elkaar weer ziet. Sommigen wonen natuurlijk in het buitenland.” Ook staat De Groot op zo’n moment even stil bij de namen die er niet meer bij kunnen zijn. “Jimmy Calderwood, Cees van Kooten en Johan Neeskens bijvoorbeeld.” 

Tekst gaat verder onder de link.

Bijzonder

Ondertussen zit De Groot niet meer op de bank bij NEC. Na 46 jaar trouwe dienst, neemt hij zaterdag zijn afscheid in De Goffert, waarna hij meer naar de achtergrond zal verdwijnen. Bijzonder toch dat dat kan als trainer bij een jubileumwedstrijd. “Ze zeggen het ja”, lacht de nuchtere NEC’er. “Ik vind het moeilijk om te zeggen. Er zijn meerdere mensen, zoals Leen Looijen, die hadden ze ook kunnen vragen. Het is wel een eer, ondanks dat ik nuchter ben. Als je naar de hele historie van de club kijkt, zijn er niet veel trainers die hier heel lang gezeten hebben. Ik heb hier als trainer 33 jaar gewerkt en daarvoor natuurlijk ook als speler hier actief geweest. Dat is iets aparts.” 

“Het moet mooi zijn, zodat er echt iets gebeurt bij het publiek. Het zijn hun idolen van alle jaren. Daarom hoop ik ook dat het goed gevuld zal zijn. De opbrengst gaat ook nog eens naar een goed doel. De spelers zullen niet allemaal de fitste zijn, maar dat hoeft ook niet.” 

Foto: Rob Koppers